Te Hengelo's?

Onbewust wijst Ariëns op nog een ander punt. De Lambertus is misschien wel té Hengelo’s. Ambitie, optimisme en vooruitgangsgeloof maken blind. Het immense gebouw is net een slag te duur. Vóór en tijdens de bouw wordt daarom beknibbeld op materiaal en werk. Bijna vanaf de eerste dag dringt het hemelwater diep in de muren. 125 jaar later is dat nog steeds een probleem. De geschiedenis heeft lange schaduwen.

 

Op 29 juli 1890 wijdt Petrus Snickers, aartsbisschop van Utrecht, een kale vrij kerk in. Voor uitbundige versiering ontbreekt het geld. Niemand maalt erom. Dat komt later wel. Ze krijgen gelijk. In het begin van de jaren 1920 brengt schilder Jan Dunselman bonte versieringen aan. Vrijwel gelijktijdig gaat de Lambertus in de steigers. Tientallen vierkante meters baksteen worden vervangen. De eerste van een reeks restauraties.